Waarom je talenten kennen zo belangrijk is – én het verschil met je competenties
“Talenten worden nogal eens verward met competenties. Bij competenties ben je ergens goed in, maar je kunt er ondanks dat op leeglopen. Bij talenten ben je er goed in én krijg je er bovendien energie van. Veel mensen maken de vergissing dat ze van hun competenties hun baan maken. Niet van hun talenten. En daar uiteindelijk op leeglopen.”
LEVENSLESSENAUTHENTICITEIT
8/18/20235 min read


Oe. Die is raak.
Ik hoorde deze uitspraak afgelopen schooljaar op de basisschool van Elissa. De Gentse Luk Dewulf was naar Rotterdam afgereisd om een lezing over talenten te geven tijdens een informatieavond voor ouders van Elissa’s school.
“Talent is het hebben van een unieke gave, een natuurlijke aanleg. Talent wordt zichtbaar in elke activiteit die moeiteloos gaat en die je voldoening geeft. Als je doet waar je goed in bent, dan vliegt de tijd. En dan laad je je batterijen op.”
Daar voegt hij nog iets waardevols aan toe; als je je talent inzet, voel je een grote betrokkenheid. Ter illustratie laat hij dit filmpje zien:
https://www.youtube.com/watch?v=1i0580RWWrE
Ook geeft hij de definitie van betrokkenheid bij jonge kinderen: ‘Betrokken activiteit is geconcentreerd, aangehouden en tijdvergeten bezig zijn, waarbij de kleuter (ik vul hierbij zelf in: of kind/puber/student/volwassene) zich ten volle engageert, zich openstelt, intens waarneemt, een grote mate van energie vrijmaakt en een sterke voldoening ervaart.’ Interessant.
Luk Dewulf studeerde Pedagogische Wetenschappen en kwam via zijn carrière in het bedrijfsleven in Amerika op het pad van Appreciative Inquiry (waarderend onderzoek), Positieve Psychologie en Strengths Based Development (ontwikkeling van sterke punten). Inmiddels doet hij al vele jaren onderzoek naar talenten en het effect van kiezen voor talent op het voorkómen van burn-out.
Hij had een paar aansprekende voorbeelden over dat belangrijke verschil tussen competenties en talenten. Mensen die vanuit hun competenties kiezen voor een studie of baan, doen op zich waar ze goed in zijn. Maar hun energievoorraad raakt wel leger. Met niet zelden een burn-out als gevolg. “Denk bijvoorbeeld aan die jongen die handig is met computers in elkaar zetten of die houdt van gamen en vervolgens informatica gaat studeren. Hij ontdekt niet veel plezier te beleven aan het programmeren, maar maakt toch maar de opleiding af en zoekt een bijpassende baan. Of denk aan degene die zich opwerpt als notulist bij een vergadering, een goed document in elkaar draait, gevraagd wordt de vaste notulist te zijn en dat accepteert ‘want ik kan het goed’, maar elke keer leeg loopt op het maken van die notulen.” Om me heen mompelen en knikken veel ouders vanuit herkenning.
Zijn verhaal is zo herkenbaar. En nuttig om op dat moment te horen; Elissa was druk met haar middelbareschoolkeuze en Milan met zijn profielkeuze. Het gebeurt zo makkelijk dat je dan kiest voor wat je goed af gaat. Maar is het ook iets wat je voldoening en energie geeft?
Achteraf gezien was mijn eigen studiekeuze er een die paste bij mijn competenties, maar niet bij mijn talenten. Ik ging Industrieel Ontwerpen studeren, omdat dat bèta vakken me op de middelbare school goed af gingen en ik creatief was (lees: ik kon goed tekenen, hield van kleding maken, handvaardigheid, klussen in huis). Maar gedurende de opleiding kwam ik erachter dat ik niet persé energie haalde uit het toepassen van die bèta vakken. En dat de creatieve vakken op de opleiding heel anders waren dat wat mij energie gaf. Op doorzettingsvermogen heb ik de studie afgemaakt. Maar ik wist al dat het niet mijn vak moest gaan worden. Wat dan wel? Ik had geen idee.
Wat zie ik als de talenten van Milan? Op de basisschool vond hij heel veel leuk, maar sinds de middelbare school zie ik hem vooral worstelen; geen voldoening, weinig flow, wel uitstelgedrag, ploeteren en leeglopen. Er zijn vakken die hem vrij soepel af gaan (de bèta-vakken). Maar zie ik bij hem energie of betrokkenheid omdat zijn talenten worden aangesproken en geactiveerd? Zie ik een natuurlijk enthousiasme? Nee… Dat is niet ongebruikelijk voor pubers op de middelbare school, zeker niet bij jongens. Maar toch vraag ik me af; sturen we hem (onbedoeld) niet teveel op z’n competenties en geven we hem te weinig ruimte voor het ontdekken en benutten van zijn talenten?
Het enige wat hem soepel af gaat, waar hij van nature enthousiast van wordt en energie van krijgt is… gamen. Deze week vertelde hij vol trots dat hij bij de top 3% van de wereld zit van het spel Rocket League. Dat zegt wel iets. Zeker omdat hij bij mij maar heel weinig mag gamen. Dus dat beetje tijd dat hij krijgt benut hij goed. Soms vertelt hij vol trots hoeveel sneller hij bepaalde moves voor elkaar krijgt dan een vriendje van hem die daar ook nog eens veel meer tijd in steekt. Moet ik gamen zien als een van zijn talenten? Ik word niet blij van die gedachte, want ik ben niet groot fan van al dat gamen. En bovendien wil ik dat hij andere talenten en vaardigheden zoals sociaal contact en sporten en beetje helpen in het huishouden (en zich vervelen; dan krijgt je creativiteit de ruimte) voldoende tijd geeft. Daarom mag hij het bij mij maar een klein beetje gamen. Of moet ik deze optie meer ruimte geven in mijn hoofd?
En bij Elissa: wat zie ik als haar talenten? Schoolvakken gaan haar op de basisschool goed af. Maar wat geeft haar energie? Tekenen, schilderen, knutselen, toneel, proefjes doen, met dieren omgaan, in de natuur struinen en in bomen klimmen. Wat zou bij haar passen als beroepsrichting? Geen idee op dit moment. De keuze voor de middelbare school is inmiddels gemaakt; de Theater Havo/VWO. Omdat ze die keer dat ze samen met oma mee had gedaan aan de rondreizende Efteling voorstelling met glinsterende ogen zei: “Dit is wat ik nog veel vaker wil doen!” Omdat ze toen ze nog een uk van twee was de gezichten en houdingen van de karakters van kinderboeken spontaan na deed. Omdat ze hele bladzijdes van verhaaltjes die haar aanspraken uit haar hoofd kende toen ze pas drie was, ze de toneellessen een paar jaar geleden graag op hoger niveau had gedaan. En afgelopen jaar glunderend vooruit keek naar de eindmusical van groep 8 en hoopte op een van de grote rollen (en die ook kreeg; die van bad guy en die met verve neerzette).
Kan ze op deze school voldoende van haar diversiteit aan talenten ontwikkelen? Ik weet het niet. Ik hoop het. Ze weet dat ze na deze middelbare school nog alle kanten op kan en mag, en ook tussentijds mag switchen als het toch niet bevalt; bijvoorbeeld omdat het meer een competentie dan een talent blijkt te zijn. Ik hoop vooral dat ze de komende jaren veel voldoening en flow gaat ervaren. Dat ze voelt hoe het is om haar talenten te leven.
En ikzelf? Eerlijk; ik heb mijn hele puber- en volwassen leven grotendeels vanuit mijn competenties gewerkt en geleefd en maar minimaal vanuit mijn talenten en dat wat mij echt energie geeft. Niet voor niets dat die burn-outs langs kwamen. (Ze hadden me wat te leren, alleen was ik wat hardleers. Of beter gezegd; wat Nederlands: ik was toch vaak bezig met van mijn 5-jes voldoendes maken. Mag er bij mij wel een beetje de Amerikaanse mindset in: focus op je talenten en maak er een supertalent van).
Een tijd terug las ik deze blog voor aan Milan, Elissa en mijn vriend. Daarna liepen we het lijstje van talenten dat Luk op de info avond liet zien langs. We roepen vrolijk “Ik” als we het gevoel hebben dat een talent bij ons past. En zo komen we allevier tot een interessant lijstje.
Volgende stap: nadenken over hoe ik die talenten meer onderdeel van mijn leven en met name ook van mijn werk kan maken. Want een carrièreswitch is wel nuttig. En mag nog wel iets meer flow bij en vooral dat met regelmaat m’n batterij opladen is heel welkom.
Ik: Mijn talenten vallen voor het gros in de categorie ‘Hoe bouw ik kennis op en los ik problemen op?’: ontrafelaar, ontstaansbegrijper, kennisspons, doordenker, weger, buikdenker, herkauwer. En verder sfeervoeler, woordkunstenaar, stille helper, ideeënfontein, momentgenieter, mooimaker en creatieve maker. Nu nog een beroep hierbij vinden…
Milan: vertrouweling, sfeervoeler, doordenker, uitblinker als ik dat wil, doorzetter (als hij dat wil, bijvoorbeeld in gamen en basketbal)
Elissa: jazegger, ontstaansbegrijper, weger, sfeervoeler, trouwe vriend, uitblinker als ik dat wil, positivo, ideëenfontein, momentgenieter, doorzetter, mooimaker
Pim: ontrafelaar, ontstaansbegrijper, vertrouweling, trouwe vriend, woordkunstenaar, groeimotor, sterkte architect, bruggenverbinden, samenbrenger, zinzoeker, momentgenieter, doorzetter, planmaker, creatieve maker.
Wil je meer weten over talenten? Luk Dewulf schreef een aantal interessante boeken: